Vorige week maandag proefden we in de proefclub wijnen uit de Bourgogne en Beaujolais, maar we hadden er allemaal de grootste moeite mee. We raakten vooral verstrikt in het herkennen van de druivenrassen: wat was nou een pinot noir (Bourgogne), wat een gamay (Beaujolais)? En omdat we de druivenrassen niet herkenden, lukte ook het identificeren van de wijnen erg slecht dit keer.
De meeste druivenrassen kunnen omschreven worden met een aantal karakteristieken, en je zou willen aannemen dat wijnboeken allemaal dezelfde karakteristieken voor een druif gebruiken. Helaas. Ik heb voor pinot noir en gamay eens wat steekproeven genomen en zie hier het resultaat.
Pinot noir
Tom Stevenson (Wijnencyclopedie) – afhankelijk van klimaat en rijpheid kan de smaak variëren van kersen tot aardbeien.
Christian Callec (Geïllustreerde Wijnencyclopedie) – aardse ondertoon, iets tussen stallucht en mest; veel fruitigheid, voornamelijk rode bessen, (bos)aardbeien en soms kersen.
Consumentenbond Wijngids 2005 – viooltjes, aardbei, framboos en kers (jong), braam; rook, tabak, koffie, teer en dierlijke toetsen bij houtgerijpte wijnen.
Wereld van Wijn (AH) – in de smaak aardbeien, kersen, truffels, kool. Aardbeien, rozen, truffels, wildachtig in de geur.
Stencils Wijnacademie – lichtzoetige en spontane wat gronderige rozenbottel/bessen/kersen neus en bij zeer hoge Bourgognes een duidelijke boerse intense stalmestgeur.
Nou, maak daar maar eens chocolade (misschien liever: jam) van.
Gamay
Tom Stevenson – peerdroparoma in Beaujolais Nouveau.
Christian Callec – vooral fruitig: frambozen, (bos)aardbeien, aalbessen en kersen, bloemenaroma’s in de betere Beaujolais.
Consumentenbond – niet genoemd.
Wereld van Wijn (AH) – framboos, rood zomerfruit.
Stencils Wijnacademie – in de geur licht melkzuur, uitgesproken fruitig en frambozenzuurtjesachtig; qua smaak licht en makkelijk.
Zie je ons probleem? Wie proeft er door deze fruitcocktails nog wat wat is? Bovendien wordt er in de beschrijvingen niet altijd onderscheid gemaakt tussen het echte karakter van de druif en de gebruikte vinificatietechniek: de geur van licht melkzuur komt eerder van de maceration semi-carbonique (door de druk van een stikstofdeken begint de gisting ín de druiven, die daardoor van binnenuit uit elkaar gedrukt worden) die in de Beaujolais wordt gebruikt, dan van de gamay….
De rode wijnen die we proefden volgen hieronder
1: Domaine Charles et Fils, La Combotte, 2005, AOC Haute-Côtes de Beaune : pinot noir
2: Domaine Marius Delarche, Les Verglesses, Pernand-Verglesses Premier Cru, 2005 : pinot noir
3: Domaine Charles et Fils, Les Fremiets, Volnay Premier Cru, 2005: pinot noir
4: Domaine Pierre Savoye, Sur cotes de Py, Morgon, 2005 : gamay
5: Jean-Jacques Béréziat, Domaine de la Roche Saint Martin, Côtes de Brouilly, 2005 : gamay
Allen afkomstig van Henri Bloem Wijnkopers.
6: Passe- tout-grains 2006 : pinot noir en gamay.
Eigen import uit een Franse supermarkt, prijs 2 euro.
Van deze wijnen viel vooral de Volnay in de smaak, maar dat was ook te verwachten. Gelukkig had ik die wel als pinot noir herkend. Maar bij alle andere wijnen was het gokken: zijn dit nu kersen, aardbeien of frambozen die ik ruik?
Er waren bovendien ook een paar wijnen die niet voor herhaling vatbaar zijn. Gert Crum’s waarschuwing dat je echt de producent moet kennen, wil je goede wijnen uit het gebied kunnen kopen, geldt blijkbaar zelfs voor het kopen van dergelijke wijn bij een Nederlandse wijnhandel. Waarschijnlijk is dit de les we die maandag hebben geleerd, want een gamay van een pinot noir onderscheiden moeten we nog maar eens oefenen….
Ed van Wijnerij zegt
Ja Marriëlla, ik kan me er wel het een en ander bij voorstellen, zeker tussen de verschillen van een wijn gemaakt uit Gamay of Pinot Noir, cq Beaujolais of Bourgogne.
Afgelopen zaterdag opende ik een topper uit de Beaujolais van Louis Jadot, namelijk een 1999 (!) Château Des Jacques – Champ de Cour – Moulin-à-Vent met een donkere, warme, intens rode kleur met begin van evolutie.
De geur en smaak doen denken aan klein rood fruit, voornamelijk aardbei, maar ook aan pruimen, herfsttonen, zoals humus, animale geuren (brettanomycesmet), een zweem van leer en pels en op de achtergrond een niet storende, licht gebrande houttoets. Delicaat, maar tevens krachtig en weelderig en in de finale een redelijk lange afdronk.
Deze omschrijving is zeker niet “normaal” voor een Beaujolais, laat staan de leeftijd van deze wijn.
Blind geproefd zou ik een wat oudere, stevige, rasechte Bourgogne hebben ingeschat.
Zo blijkt maar weer hoe moeilijk het vaak is, om een druivenras of gebied van elkaar te kunnen onderscheiden.
Ed
Mariëlla zegt
Ed, dank voor deze bijval 😉 Overigens is er ook een andere verklaring voor dat op elkaar gaan lijken van Beaujolais en Bourgogne: veel negociants en producenten in de Bourgogne hebben bezittingen of maken wijn in de Beaujolais. Louis Jadot is dus ook zo’n voorbeeld.
Chalias, ja hoor, je mag lachen. Maar dat neemt nog steeds niet weg dat ik nog altijd veel minder heb aan de omschrijving ‘lichte frisse wijn’ dan aan ‘lichte frisse wijn die licht naar frambozen geurt’. In het laatste geval kan ik me er iets meer bij voorstellen, zelfs als die frambozen net iets meer aardbeiigs hebben. Een cabernet franc uit de Loire zou ik ook best kunnen omschrijven als een lichte frisse wijn….
Nico zegt
Precies wat ik ook dacht. Het is niet moeilijk om beaujolais-wijnen te vinden die op rode bourgognes lijken en andersom. Ik kan me heel goed voorstellen dat ik een beaujolais zou verwarren met een rode bourgogne. Het zou leuk zijn om het eens uit te proberen … 🙂