Aan mijn goede vriendin, de kok van Herberg De Ketel en de Kurk, en haar man gaf ik een paar maanden geleden een proeffles Castel Chardonnay 2006 mee, om eens te kijken wat andere wijndrinkers nu van zo’n fles vinden. Zij zijn beiden ‘gewone’ liefhebbers, hebben geen wijncursussen gedaan en zijn niet zo totaal met het wijnvirus besmet als Nico en ik. Hun beschrijving mag er echter zijn, daar heb ik niets meer aan toe te voegen.
Eerste indruk was die van een Chardonnay zoals die tegenwoordig vaak gemaakt worden. Heel fruitig, beetje tropisch, meloen, komkommer, mango. Wat vlak van geur. (Over de geur waren we het niet helemaal eens.) In tweede instantie roken we iets harsigs, misschien houtig.
Smaak: heel gemiddeld, ook dat tropische fruit, wel lekker, maar niet heel bijzonder.
Afdronk: het harsige in de geur zit sterk in de afdronk, misschien vernisachtig, ik vond het een beetje naar. Verder is de afdronk wat zuur, maar dat mag wel voor een fruitige wijn.
Algeheel oordeel: geen onaardige wijn, best prima als je hem bij iemand te drinken krijgt, maar niet eentje om eens te kopen. Vooral dat rare chemische luchtje/smaakje was niet fijn.
Kortom: een categorie 2-wijn dus, de blij-als-ik-dit-op-een-feestje-krijg wijn. Deze witte Castel valt daarmee in dezelfde categorie als het rode broertje, een Merlot, die ik eerder beschreef, maar komt er naar mijn mening toch minder goed vanaf.
Ik geef alleen nog wat technische informatie over deze supermarkt Chardonnay, afkomstig van de fiche technique. Eerlijk gezegd zie je niet vaak dergelijke keurige beschrijvingen voor zulke goedkope merkwijnen, maar deze tekst geeft uitstekende informatie. Daarom zal ik hem de liefhebbers niet onthouden.
“De druiven voor de wijn zijn afkomstig uit twee gebieden. De Hérault, met kalkhoudende kleigrond en een mediterraan klimaat, levert druiven, die wanneer ze volrijp zijn voor een hoog alcoholgehalte kunnen zorgen. De Aude is een halfcontinentaal gebied. Hier rijpen de druiven langzamer, waarna ze liefhebbers van Chardonnay volop frisse, levendige smaken bieden. Door het blenden van de wijnen uit deze twee streken ontstaat een harmonieus evenwicht tussen frisheid, fruit en alcohol.
Voor het persen worden de druiven gekoeld. Door ze daarna te laten gisten op lage temperatuur krijgt de wijn een prachtig smaakpalet. De wijn rust 2 maanden op de most, zodat de smaak van het druivenras nog intenser wordt. Een deel van de wijn krijgt fustrijping, die de vanille tonen in het bouquet verklaren. Door de wijn ook regelmatig met de most om te roeren, wordt hij vol van structuur. Aan de uiteindelijke blend wordt nog 9% Viognier toegevoegd voor body en de smaak van steenvruchten.”