Vlak voor Kerst was het eindelijk zover: de fles Chatus waar ik zo benieuwd naar was, ging open, bij een lekkere rollade van wild zwijn van de Hoge Veluwe. Inmiddels had ik naast de fles die Mireille voor mij had meegenomen, ook nog een fles van importeur L’Ardèche ontvangen.
Naast elkaar stonden die zondag dus:
1. Chatus 2005, Vin de Pays de Coteaux de l’Ardèche, Vignerons de la Cave de Payzac, zelf geïmporteerd; verder te noemen ‘de Payzac’.
2. Chatus 2005, Vin de Pays de Coteaux de l’Ardèche, Cave Lablachère, geïmporteerd door Wijnkoperij L’Ardèche, verder te noemen ‘de Lablachère’.
Beide wijnen waren mooi van kleur, maar lichter dan ik had verwacht. Alcoholpercentages waren gelijk, beide 13%.
De Payzac had in de neus gronderige tonen, soms met een hint van iets ‘groens’. In de mond was hij rijk en vol, maar ook met een groen kantje. Wel veel fruit, maar helaas met een vaag chemisch luchtje, bijna iets van stopverf. Volgens mijn boeken zou dit kunnen duiden op te lange schilweking, een te hoge omgevingstemperatuur tijdens de gisting of een onzorgvuldige eerste klaring (débourbage). Bij deze eerste klaring wordt de most van de schillen en pitten gescheiden. De cave in Payzac is nog maar enkele jaren bezig Chatus apart te vinifiëren en op de markt te brengen. Het zou daarom mogelijk zijn dat deze wijn inderdaad wat minder zorgvuldig is gemaakt en daarom wat onzuivere aroma’s vertoond.
De Lablachère was een heel mooie wijn, zonder enige onzuiverheid. Aardse tonen en rood fruit in de neus, verrassend fris en stevig in de mond, met indrukken van onder andere viooltjes. De makers in Lablachère zijn al even bezig met de productie van Chatus, zij hebben het maken van deze wijn duidelijk beter onder de knie dan de makers in Payzac. Bij het wild was het een uitstekende combinatie
Van Chatus wordt her en der gezegd dat hij stevig en hard is, en pas na lang rijpen genuttigd kan worden. Eerlijk gezegd waren Nico en ik daar niet van overtuigd. De tannines waren aanwezig, maar niet overdreven stevig. De wijnen zijn juist soepel en mild, met kruidige tonen.
De Lablachère was qua leeftijd precies goed, en zal naar ons idee door oudering zeker niet nog beter worden. Ook de Payzac wint niets met oudering; de onaangename geurtjes zullen er waarschijnlijk niet minder door worden.
De Lablachère verdient wat ons betreft de erkenningen die hem her en der al ten deel zijn gevallen, de Payzac verdient een tweede kans. We hebben nog een fles liggen en zullen die later dit jaar openmaken. Misschien mist de tweede fles de nare luchtjes die we in de eerste waarnamen.
Prijs van de Lablachère ligt rond de 15 euro, de Payzac kost circa 8 euro. Lablachère 2005 is uitverkocht, de jaargang 2006 is nu op de markt.
Ed vn Wijnerij zegt
Verminderde dat chemische stopverfluchtje bij de Payzac niet nadat de wijn een á twee dagen had opengestaan, net als menig stalluchtje bij Bourgogne- of Rhônewijn ?
Ed
Mariëlla zegt
Nee, ook de volgende dag was het luchtje er nog, helaas. We hebben er wel een discussie over thuis: ik vind het chemisch, Nico niet.