Een verrassend moment, gisteren tijdens onze wandeling van Cuijk over de Mookerheide en om de St. Jansberg naar Groesbeek: plotseling keken we uit over een keurig aangelegde wijngaard. En er stond nog een lekkere bank ook, om van dat uitzicht te genieten.
Het bleek te gaan om de wijngaard van boerderij Klein-Amerika, vorig jaar aangeplant op de vruchtbare lössbodems rond Groesbeek. Helemaal onverwacht was deze wijngaard op onze route natuurlijk niet. Als wijnliefhebber kon je het afgelopen jaar niet om de berichtgeving rondom de Groesbeekse wijnbouwaspiraties heen: Groesbeek wil het wijnbouwcentrum van Nederland worden en heeft inmiddels 10 hectare wijngaard aangeplant. Drijvende krachten hierachter zijn de eigenaren van Wijnhoeve De Colonjes. Eigenlijk had ik daar gisteren langs willen gaan, maar de hitte dreef ons aan het eind van de route de bosrand in, naar de koelte en op zoek naar het dichtstbijzijnde cafetaria voor een ijskoud blikje icetea.
Klein-Amerika is beplant met drie druivensoorten: regent, een cabernet-kloon en een wat vage witte druif. Recent proefde ik nog twee wijnen van de regent, uit eigen voorraad. Die van de Kleine Heerlijkheid was ondrinkbaar en is de gootsteen in gegaan. Die van Hof van Twente vond ik erg aangenaam, Nico was er minder van gecharmeerd. Daarom was ik niet heel erg teleurgesteld dat we niet langs de Colonjes liepen: eigenlijk heb ik wel even genoeg van Nederlandse wijn, zo na deze kleine regentproeverij en de slechte ervaringen met de ‘beste rosé van 2007’. Zou het ooit wat worden met de Nederlandse wijnen? Ik heb er inmiddels een hard hoofd in (uitzonderingen als de Apostelhoeve daargelaten).