Waar moet ik beginnen vandaag? Ik wil wat schrijven over de Pinot Noir Beerenauslese 2005 van Willi Opitz, maar heb nog niet de juiste invalshoek gevonden.
Zal ik schrijven dat dit – in tegenstelling tot veel zoete wijnen – een rode wijn is? Ik weet nog goed hoe verbaasd we zelf waren toen we ontdekten dat er ook zoete wijn van blauwe druiven gemaakt werd. We proefden jaren geleden een St. Laurent Eiswein, ook uit Oostenrijk, net als de Pinot Noir Beerenauslese. Waarom is dat eigenlijk, dat grote zoete wijnen (met uitzondering van de versterkte wijnen als port) meestal wit zijn? Zou het iets te maken hebben met het tanninegehalte in de schillen?
Of zal ik schrijven over de eenvoud van het etiket? Naast Pinot Noir Beerenauslese 2005 staat daar alleen nog Willi Opitz – Illmitz Austria en Limited Edition. Dat laatste is niet zo informatief, de andere gegevens wel. ‘Illmitz’ is een plaatsje aan de Neusiedlersee, een ondiep meer aan de Oostenrijkse grens met Hongarije. Het plaatsje staat bekend om de fantastische zoete wijnen die er vandaag komen. Het klimaat is er namelijk uitermate bevorderlijk voor botrytis cinerea, de schimmel die de druiven een gewenste rotting bezorgt.
De overige gegevens leveren ook de nodige informatie: ‘2005’ was bijvoorbeeld wat dat edele rotten betreft een topjaar aan de Neusiedlersee. Het jaar was vochtig en warm en er schijnen in 2005 heel goede zoete wijnen gemaakt te zijn. ‘Beerenauslese’ vertelt ons dat de druiven met de hand geplukt zijn. Sommige van die druifjes waren aangetast door botrytis, andere niet. Maar alle druiven waren zo goed als overrijp, hebben heel lang aan de stok gehangen en bevatten enorme ladingen suiker. Als alle druiven door botrytis waren aangetast en de druiven met de hand geselecteerd waren, dan had de wijn Trockenbeerenauslese geheten.
De naam ‘Willi Opitz‘ is misschien nog wel het meest veelzeggend: hierdoor weet je dat je een topwijn in huis hebt. Opitz is samen met Aloïs Kracher één van de grote mannen binnen de Oostenrijkse zoete-wijnwereld, al is zijn domein heel klein. Maar door slimme marketing heeft hij een wereldwijde naam opgebouwd en worden zijn wijnen overal geroemd.
Het achteretiket meldt nog wat andere essentialia: 13% alcohol bijvoorbeeld en de melding dat de wijn sulfieten bevat.
Ik geloof dat ik nu alles wel heb verteld over deze wijn. Ik had nog kunnen kiezen voor de ‘wijn-spijs’-invalshoek. Dan had ik verteld dat deze heerlijke zoete wijn uitstekend paste bij de frambozentaart die ik dit weekend bakte. Willi Opitz zelf raadt de wijn aan bij lam, kippenborst, wild zwijn of vis. Tijdens een proeverij heb ik er een stukje gerookte zalm (gravad lachs) bij gegeten, wat ook niet te versmaden was. Eigenlijk doen wij in Nederland veel te weinig met dit soort wijnen. Ik zou willen dat ik al deze combinaties eens uit kon proberen!
Tot slot had ik de wijn nog kunnen beschrijven. Dan zou het op de klassieke manier iets worden als: in de geur ontdek je rood fruit, vooral frambozen en aardbeien; de smaak is fris, met duidelijke aanwezige sporen van botrytis. Ik heb geprobeerd dat te beschrijven, maar dat vind ik erg lastig. Misschien komt een bittertje nog het meest in de richting, of iets van heel bittere chocolade. Ik had iets kunnen toevoegen over het bewaarpotentieel: je kunt de wijn 10 tot 15 jaar bewaren. Dat houdt geen mens echter uit, hij smaakt nu al zo goed!
En als ik een wat modernere benadering had gekozen, had ik gezegd: dit is een wijn voor slechts twee personen: jij en je partner, na een rustig dineetje, waarna je nog even in de tuin met het laatste drupje gaat nagenieten. Van zo’n wijn laat je niemand meegenieten, die drink je helemaal lekker samen op.