Tjee, zit ik daar rustig achter mijn pc te werken aan een nieuw blogje over Italiaanse wijn, komt er bericht van mijn wijnmakers: onze kruisbessenwijn is overgestoken!
Dit behoeft even wat toelichting: al weer enige tijd ben ik lid van het Utrechts Wijnmakers- en Wijngaardeniersgilde. Niet om nou zelf wijn te gaan maken, was de bedoeling, en al helemaal niet van ander fruit dan druiven. Ik werd lid vanwege de uitwisseling van kennis, het echte gilde-idee: de leden leren mij over het snoeien van druivenranken en het maken van wijn, ik breng mijn kennis van de wijnwereld in. Maar vruchtenwijn, ach, dat was mij toch wat te min. Totdat ik in 2005 een workshop wijnmaken volgde met Ariane, mijn medewaardin van Herberg De Ketel en de Kurk. Inmiddels ben ik toch wel geïnteresseerd geraakt in het proces, zeker nu Ariane een hele wijnmakersset heeft gekocht.
Bij het opruimen van mijn diepvries kwam ik onlangs nog tweeënhalve kilo kruisbessen tegen, waar ik geen bestemming voor wist. Maar Ariane dus wel… Wij hebben er enkele weken geleden sap van gemaakt en inmiddels is de most op een mooi alcoholgehalte gekomen.
Ik laat Ariane even aan het woord: “Zojuist de kruisbessenwijn geproefd. Hij is absoluut verrukkelijk! Goede zoet-zuur balans, fantastisch fruitig boeket, duidelijke kruisbessengeur. Er moeten meer kruisbessenstruiken geplant worden, dat is duidelijk! Hij is nog beter dan ik dacht te ruiken. Omdat de hoeveelheid zoet net goed is nu, gaan we hem snel in de kelder zetten, zodat het gisten stopt. Echt wachten tot hij helemaal droog wordt (en misschien daardoor te zuur), bederft hem misschien wel.”
Op de foto’s zie je het proces van ontstelen, persen, most in de gistingsflessen, het klaar maken voor overhevelen, hevelslang aanzuigen en terughevelen.
Op dit moment is de wijn nog troebel, en ik ben heel benieuwd hoe hij er binnenkort uitziet. Wordt uiteraard vervolgd. Bovendien zal ik binnenkort aandacht besteden aan het verschil tussen het maken van druivenwijn en van vruchtenwijn.