Mijn eigen moeder was er niet zo van, maar buurvrouwen en moeders van vriendinnetjes wisten begin jaren zeventig van de vorige eeuw wel waar ze de sherry moesten halen. Naar verluidt deed zelfs koningin Juliana mee, en de uitspraak ‘Lakei, doe mij nog maar een sherry’ zou een gevleugelde geweest zijn van onze voormalige vorstin. Maar als er iets het imago van sherry in ons land verpest heeft de afgelopen vijftig jaar, is het wel deze sherryrage en het bijbehorende sherrydieet, populair in mijn vroegste jeugd. Dat het hierbij niet om de beste en meest verfijnde soorten sherry ging, dat laat zich raden.
Over de sherry die de buurvrouwen 45 jaar geleden dronken, ga ik het niet hebben. Die vind je nog altijd in de supermarktschappen. En ook niet over de geschiedenis van sherry. Want daar moet ik nodig eens onderzoek naar doen. Ik weet natuurlijk dat de wijnen van het Andalusische stadje Jerez de la Frontera al zeker vijf eeuwen beroemd zijn. Dat Shakespeare de ‘sack’, een andere naam voor die wijnen, al noemde. En dat vooral de Engelsen er dol op waren (en nog zijn). Maar wanneer de handelaren bijvoorbeeld precies begonnen met het versterken – alcohol toevoegen – van de wijnen, weet ik niet. Iemand vertelde mij onlangs dat dat al in de middeleeuwen was. Dat zou natuurlijk kunnen, want distilleren is kennis die we van de Arabieren hebben, en de Moren, van Arabische oorsprong, waren tot 1492 heer en meester op het Iberisch schiereiland.
Die geschiedenis dus, die komt nog wel eens. Vandaag vertel ik graag over de prachtige wijnen, échte sherry, die ik onlangs bij restaurant Zarzo in Eindhoven proefde. Echte sherry is er in zeven verschillende soorten, variërend van beendroog tot mierzoet. Voor elk wat wils, dus eigenlijk. Vooral de beendroge en lichtste versies, de Finos en de Manzanillas, zijn wat mij betreft de lekkerste. Hoe die wijnen gemaakt worden, het verhaal over de flor en zo, daarover lees je op sherry.org/nl of in het uitstekende boekje dat Magda van der Rijst en Noële Ruitenberg in 2007 voor ICEX/Spaans Promotie Centrum schreven, Vinos de Jerez.
Fino en Manzanilla
Tijd voor de wijnen. We beginnen met een Fino, El Maestro Sierra: heel bleek van kleur, zilt en notig (amandel) in de neus, uiterst lichtvoetig en schonend in de mond. Een lichte en elegante wijn, beendroog, en heerlijk verfrissend. Echt iets anders dan anders, en de perfecte combinatie met mijn favoriete snacks: een schaaltje ham, of liever pata negra, olijven, chips. Of bij de niet-af-te-blijven eenhaps croquettas van chef Andrian Zarzo, met een vloeibare vulling van Ibericoham. Daar zou je speciaal voor naar Eindhoven afreizen.
Mijn tweede favoriet was de Manzanilla Solear En Rama, Saca de Invierno 2013, net uit het vat en ongefilterd. Deze rook nog frisser en zilter dan de Fino, met bovendien subtiele geuren van kamille en andere groene kruiden. De elegante Fino leek zelfs een beetje log naast deze hyperslanke Manzanilla. Dit type sherry komt van een plaatsje vlak aan zee, Sanlucar de Barrameda. De zilte, vochtige en koele lucht heeft zijn invloed op de rijpende wijn in de vaten, en zorgt zo voor dit slokje frisse zee in je glas. Heerlijk bij allerhande zeefruit, zoals het rauwe scheermes dat chef Andrian Zarzo serveerde met haringkuit, emulsie van platte peterselie en sherry-azijn. Maar ook bij een enkel rolletje ansjovis, van de allerbeste kwaliteit en heel traditioneel geserveerd op je vuist.
Fino en Manzanilla zijn thuis prima in te zetten bij sushi of mosselen, maar ook bij tapas. Het zijn beide namelijk de perfecte hapjeswijnen, combinerend bij allerhande smaken. Waar gewone wijn het laat afweten, schiet sherry vaak te hulp: tomaten, ei, olijven, allemaal geen probleem voor een sherry. Probeer het maar eens, je zult versteld staan. Goede sherry is te koop bij tal van wijnspeciaalzaken. Inspiratie voor hapjes doe je op op de speciale shapapagina die voor de sherryweek, van 2 tot 8 november, gecreëerd werd.
Later deze week aandacht voor andere typen sherry, waaronder de mysterieuze Palo Cortado.