Wijnproeverijen zijn er tegenwoordig zoveel dat een mens keuzes moet maken. Consumenten zowel als wijnprofessionals kunnen wekelijks op ontelbare plaatsen in het land terecht om de nieuwste oogst of exclusiefste vondsten te proeven. Voor mij wordt het steeds belangrijker de krenten uit de pap te halen, en niet meer overal lukraak op af te gaan. Zo’n krent was bijvoorbeeld de recente proeverij van Coenecoop. Coenecoop levert niet rechtstreeks aan consumenten, maar voorziet specialistische wijnhandels en supermarkten van wijn. En die wijn is steeds vaker biologisch. Sinds enige tijd zijn biologische wijnen zelfs een speerpunt voor Coenecoop.
Op de proeverij Spring is in the Air, op maandag 3 april in de Utrechtse Colour Kitchen, waren ‘slechts’ tien producenten aanwezig. Een overzichtelijke proeverij, die bovendien veel leuke verrassingen bood. Ik proefde de wijnen van zes producenten, en was het meest onder de indruk van de Franse wijnen. Geweldig om weer eens te merken dat wijnland nummer 1 nog altijd in staat is te verrassen met topkwaliteit en betaalbare prijzen. De drie producenten waarvan ik wijnen proefde waren allen afkomstig uit het diepe zuiden: Château Begude in de vallei van de Aude, bij Limoux; Clot de l’Oum aan de voet van de Pyreneeën, in de vallei van de Agly noordelijk van Perpignan; en Clos du Gravillas, gelegen in Saint Jean de Minervois, oostelijk van Béziers. De wijnen van Domaine Begude hadden daarbij een heel ander karakter dan die van de andere twee. Een verschil in druivenrassen, maar ook in wijnstijl en aanpak.
Domaine Begude
De wijnen die het Britse echtpaar James en Catherine Kinglake maken op hun in 2003 aangekochte domein zijn bedoeld als cool climate-wijnen: niet zwaar en krachtig, niet gemaakt van door de zon gestoofde druiven, maar licht, mineralig en goed verteerbaar, met behapbare alcoholpercentages en zuiver fruit. Vooral internationale druivenrassen worden gebruikt: chardonnay, pinot noir, sauvignon blanc en chenin blanc. Er wordt duurzaam en ecologisch gewerkt en de eigenaren hebben een team van Franse, Australische en Britse wijnmakers aangetrokken. Enige Nieuwwereldse invloed is in de wijnen zeker te herkennen – vooral in de fruitigheid.
Ik proefde drie Chardonnay’s en twee Pinot Noir’s, waarvan één rosé! Echte voorkeuren heb ik niet genoteerd, ik wil ze allemaal graag nog eens proeven en drinken. De lichte, pittige rosé, vol fruit en met een tikje vettigheid graag bij kipsalades, harde droge worst, kaas, zomaar etc… De lichte en uiterste fruitige Pinot Noir ook bij de kip, maar dan uit de oven, met kruiden als rozemarijn en tijm. De Chardonnay l ‘Etoile Begude werd ook al door Hubrecht Duijker gesignaleerd. De wijn kreeg een rijping deels op demi-muid, deels op nieuwe barriques; gelukkig is dat hout alleen heel subtiel aanwezig.
Clot de l’Oum
Ook opgezet door expats is Clot de l’Oum, van de Nederlander Eric Monné en zijn Braziliaanse vrouwe Leia. Leia presenteerde de wijnen op de proeverij, en met haar raakte ik in gesprek, in een mengeling van Nederlands en Frans. Het gebied waar Clot de l’Oum ligt – de t in clot wordt uitgesproken en de naam betekent ‘vallei van de olm (iep)’ – is enorm in opkomst, of liever, beleeft een come-back. Na decennia van verwaarlozing kopen gepassioneerde nieuwkomers oude wijngaarden op, of weten ze op andere wijze te verwerven. Het terroir is bijzonder, veel rotsige, verweerde leisteen; het klimaat zonnig, droog en winderig; de hellingen gelegen in de voetheuvel van de Pyreneeën. Ook worden nieuwe wijngaarden aangeplant, op de bodems van schist, graniet en gneiss. Deze bodems, gecombineerd met de vele oude stokken, kunnen wijnen leveren met grote complexiteit, concentratie, mineraliteit en stevig fruit. Voeg daar nog de biologische aanpak bij en je hebt een recept voor mooie wijnen! Eric en Leia werken inderdaad biologisch en beleefden hun eerste oogst in 2001. Hun percelen liggen verdeeld over de gemeenten Maury en Belesta.
Op tafel had Leia wijnen staan van 2007, 2008 en 2009, in wisselende samenstellingen van syrah, carignan en grenache. Allen werden gekenmerkt door drinkbaarheid, puurheid, en veel fris zwart fruit. Echte voorkeuren heb ik opnieuw niet, alle wijnen verdienen een nadere kennismaking op een rustiger moment, en bij de maaltijd, waar ze voor gemaakt zijn!
Clos du Gravillas
Eveneens van grenache en carignan, deels van stokken uit 1911, zijn de wijnen van John en Nicole Bojanowski. Hij is geboren Amerikaan, zij komt uit Narbonne. Sinds 1999 werken zij op hun 6 ha. van Clos du Gravillas, volledig biologisch. In later jaren werden wijngaarden bijgekocht, aangeplant in respectievelijk 1952 en 1970.
De wijnen werden gepresenteerd door Jeroen de Zeeuw van Bramasole Wijnen, die het importeurschap van Clos du Gravillas heeft overgedragen aan Coenecoop. Absolute favoriet hier was een witte wijn, de L’Inattendu 2009, een Minervois Blanc van grenache gris. Een zeer pittige wijn, met frisse zuren, geuren van drop en laurier en een smaak waarvan je zegt: oh ja, dat was inderdaad Grenache Gris (ik dronk er meer in de zuidelijke Roussillon enige jaren terug).
Ook de Lo Vielh Carignan 2007, Vin de Pays Côtes de Brain, was een topper. Puur fruit, kracht, toch subtiel. De wijnen vragen erom verder te verkennen!
En dat brengt mij bij mijn slotoverpeinzingen: op een proeverij maak je kennis met prachtige wijnen, maar tijd en aandacht schieten meestal te kort om de wijnen echt recht te doen. Proeverijen zijn voor mij zo langzamerhand meer momenten geworden waarop je de vinger aan de pols houdt, wat er voor ontwikkelingen in wijnland zijn. Het echte proeven doe je toch elders, thuis aan de keukentafel bijvoorbeeld. Waar de wijnen alle aandacht krijgen die ze verdienen! Eén van de vinger-aan-de-polservaringen voor mij van deze proeverij: in de Languedoc en Roussillon gebeurt het, nu meer dan ooit!