De ijskoorts heerst in Nederland, en het E-woord is gevallen. Zelf voel ik dit jaar weinig aandrang op de schaatsen te stappen; vorig jaar kwam de val op mijn stuitje toch wel erg hard aan… Ik hou me momenteel meer bezig met het vermaak binnen. Warme soepen, stevige dranken, voorpret én napret van vakanties naar warmere oorden, dat soort zaken.
In het kader van die napret maakte ik recent een stevige soep van gedroogde tuinbonen, uit het zonnige Sicilië. Die past heel erg goed bij dit weer, en lijkt zelfs een beetje op erwtensoep, maar dan verfijnder. Ik bracht een pondje ‘fave’ mee vanaf de hellingen van de Etna, en sloeg ermee aan het experimenteren, met behulp van Locatelli’s kookboek Made in Sicily. Het resultaat schotelde ik voor aan gasten die wel wat gewend zijn; ik kreeg echter toch het idee dat de soep niet helemaal in de smaak viel 😉 Dat deed hij bij onszelf ook niet, overigens: er miste iets aan het recept!
Bij het opwarmen van de restanten een week of wat geleden besloot ik het anders aan te pakken: ik lengde de vrij dikke substantie aan met wat kippenbouillon (van echte kip, niet van een blokje). Het resultaat was ongelooflijk veel lekkerder dan het originele recept! Ik schonk mezelf er een ander restje bij in, van een fles Duitse Muskateller die we de vorige dag hadden geopend (Weingut Gabel, 2011); met wat goed brood erbij was mijn lunch compleet. De fruitige, heel licht zoete Muskateller past uitstekend bij het wat gronderige, aardse karakter van een bonen- of erwtensoep. (Eerder combineerde ik overigens al eens Riesling met erwtensoep. Ook niet te versmaden!)
Zuppa di fave e finocchio
uit Giorgio Locatelli, Made in Sicily, Hilversum 2012
Het originele recept voor 4 personen
600 gram gedroogde tuinbonen
1 tl venkelzaad (in water geweekt)
200 gram verse tuinbonen (ik nam diepvriesbonen)
olijfolie
1 kleine ui, fijn gesneden
1 middelgrote wortel, in plakjes of blokjes
1 stengel bleekselderij, in dunne schijfjes
zeezout, versgemalen zwarte peper
extra vergine olijfolie
[aanvulling: 2 deciliter hete, krachtige kippenbouillon]
Week de gedroogde tuinbonen een nacht in koud water en giet ze af. Doe de volgende dag de geweekte bonen in een pan, met de venkel, overgiet ze met ruim water en breng aan de kook. Kook de bonen in ongeveer 2 uur gaar, op een laag vuur, met deksel op de pan (bij mij duurde het iets korter, blijf testen!) De bonen moeten boterzacht zijn. Voeg eventueel tussendoor water toe. [Maar niet teveel, je wilt een iets dikkere brij overhouden.] Pureer alles en zet opzij.
Blancheer de verse (of diepgevroren) tuinbonen een paar minuten in ongezouten kokend water, giet ze af en druk de groene boontjes uit de vliezen.
Verhit in een schone pan een beetje olijfolie en doe de blokjes ui, wortel en bleekselderij erin; smoor ze tot de ui glazig is. Voeg de verse tuinbonen en de gepureerde soep toe en laat alles 15 minuten pruttelen. [Op dit moment zou ik een deciliter of twee krachtige kippenbouillon toevoegen als ik de soep opnieuw zou maken.] Breng de soep op smaak met zout en peper en dien hem op besprenkeld met de extra vergine olijfolie.
Henk Labouchère zegt
Beste Mariëlla,
Waardeer meestal je bijdragen. Maar met die frontignan ging het goed mis, heb ik begrepen. Nou heb jij op je site een rubriek die ‘rare druiven’ heet. Kun je daarin eens uitleggen waarom je de zaken niet beter hebt afgecheckt?
Mariëlla Beukers zegt
Dag Henk, volkomen terechte kritiek. Mijn reactie op Wijn.blog.nl was absoluut te snel en niet goed onderzocht. Dat zal me niet nog eens overkomen. Zo zie je maar weer: een mens is nooit te oud om te leren. (En inmiddels weet ik nu alles van muscat de Frontignan ;-))
Natasha ter Haar zegt
Klinkt goed die verbeterde versie! Maar gelukkig zijn we wel wat gewend inderdaad;-)