Een nuttige ervaring, zo’n dagje Prowein. Als ik nog had gedacht dat wijn iets was voor kleine producenten die hun passie aan de man willen brengen, dan had ik na gisteren mijn beeld wel bijgesteld. Gelukkig dacht ik dat niet, maar de enormiteit van sommige stands op deze Europese wijnbeurs wees mij in ieder geval weer eens op de feiten: wijn is big business. In een proeverij met Georgische wijnen (waarover later uiteraard meer), werd zelfs gesteld dat de wijnbouw voor Georgië de motor van de economie is. En als je de diverse landenpresentaties zag, kun je je niet aan de indruk onttrekken dat dat voor veel andere landen in de wereld op zijn minst een beetje waar is. De enorme panelen van Wines from Portugal, de opvallende eenheid in presentatie van de Oostenrijke wijnboeren, de promotie van Australië en Argentinië: overal in de wereld zijn landelijke organisaties actief die de wijnen van dat land met kracht en geld promoten.
Zo’n dagje beurs is ook vooral als blogger een unieke ervaring. Het is namelijk een vakbeurs, dus standhouders gaan er min of meer vanuit dat je komt om te kopen. Uiteraard is er ook pers aanwezig, maar handel is wel de belangrijkste drijfveer. Gelukkig waren er diverse workshops waarin wijnen van een land, streek of samenwerkingsverband gepresenteerd werden, waardoor ik rustig wijn kon proeven. Natuurlijk zijn er ook kleine wijnboeren, die hun specialiteit van een heel bijzondere druif bekendheid willen geven. Met één van hen had ik een leuk gesprek, waarover later ook meer.
Een mooie uitvinding was de Verkostungzone of Tasting area in Hall 6. Rijen en rijen vol openstaande flessen, waar je in eigen tempo en zonder verder commentaar kunt proeven. Ik heb het bij drie witte wijnen gehouden, drie Albariño’s uiteraard. Ik proefde de nummers 392, 393 en 394: Avian Albariño 2005 van Bodegas Castro Martin, 2005 Adegas d’Altamira Brandal Albariño en 2006 Albariño Burgans van Martin Codax. Deze laatste was echt de beste; hierin herkende ik de wijnen die ik onlangs ook proefde. Ed van Wijnerij wees me al op de Martin Codax, daar ga ik zeker eens achteraan.
Cees van Casteren schrijft op Perswijn dat hij het zo druk vond bij de Spaanse wijnen, in Hall 6. Eerlijk gezegd vond ik het daar – op dezelfde dag – uitermate stil. Voor mij gebeurde het allemaal in Hall 4, bij de Duitse wijnen. Ik ging er langs bij Weingut Peter Jakob Kühn en sprak met dochter Sandra, die mij drie nog geen week geleden gebottelde Rieslings liet proberen. Eerlijk gezegd vond ik ze nog wel heel erg jong, en misschien leden ze ook nog wel een beetje aan dat pas gebottelde (bottle shock noemen de Engelsen dat). Ik kom er later nog op terug in een apart blogje over alle moois uit Duitsland dat ik gisteren proefde.
Ik besluit deze eerste impressie met een opsomming wat je binnenkort in ieder geval kan verwachten: een verslag over de proeverij van Georgische wijnen, een kennismaking met de Ramandolo en de Picolit, een bijdrage over Duitse wijnen in het algemeen en de introductie van de Wild Muscat van Weingut Amalienhof in Heilbronn.
Met dank aan Riesling Partners, importeur van mooie Duitse wijnen, voor de uitnodiging Prowein te bezoeken.
Ed van Wijnerij zegt
In Engeland heet het bottle shock, in Duitsland noemen ze het Flaschenkrank.
Ed
Mariëlla zegt
Over de mail kreeg ik onderstaande reactie; een foutje van mij wordt gecorrigeerd, met dank daarvoor.
Even een kleine correctie m.b.t. Kühn. Je schrijft ‘die mij drie, nog geen week geleden gebottelde Rieslings liet proberen.’
Kühn heeft nog geen wijnen van 2006 gebotteld, dit waren z.g. Fassproben. Kühn laat zich tijd tot na de Pasen, hij bottelt dan bij afnemende maan!
De wijnen van Kühn zijn mede door de spontane vergisting in hun jeugd moeilijk te proeven. Je moet deze wijnen echt kennen om het potentieel in te kunnen schatten. Eigenlijk is de Prowein voor deze Winzer te vroeg.