Toen ik bijna negen jaar geleden dit blog begon, hoefde je nog niet echt aan te komen met Nederlandse wijn. Je had wat wijngaarden in Limburg die het goed deden, maar dat was het dan. Maar wat een ontwikkeling hebben de Nederlandse wijnboeren sinds die tijd doorgemaakt. Steeds vaker tref ik goede, drinkbare wijnen van eigen bodem!
Om dit reden heb ik onlangs ook maar eens in een Nederlandse wijngaard geïnvesteerd. Op bescheiden schaal, dat wel, maar ik vind het wel belangrijk om te doen en zo mijn betrokkenheid bij de Nederlandse wijn nog wat meer tot uiting te brengen. En zo ben ik dan inmiddels eigenaar van 10 wijnstokken in een Nederlandse wijngaard.
Mijn Nederlandse stokken zijn geleased, en ik heb er één jaar lang het vruchtgebruik van. Ze staan op de Reestlandhoeve in het Reestdal, op de grens van Overijssel en Drenthe. Ik bezocht het wijngoed in 2010, en vind de wijnen erg geslaagd. Voor mijn investering krijg ik ook het een en ander terug: 12 flessen wijn bijvoorbeeld, en het recht om deel te nemen aan allerlei activiteiten. Als de constructie mij bevalt, moet ik natuurlijk volgend jaar besluiten of ik mijn lease verleng, maar dat zien we dan wel weer. (Hier lees je het verslag van mijn bezoek.)
Grappig is overigens dat wijnboeren in heel Europa steeds vaker dit soort deelname-programma’s lanceren. Nico heeft sinds twee jaar wijnstokken in de Pfalz, geleased bij Weingut Gabel in Herxheim. Die stokken zijn drie jaar ‘van ons’ en daar krijgen we jaarlijks drie flessen wijn voor terug. Bovendien mogen we in oktober weer op de pachterdag komen. Helpen oogsten en zo…. Meer over Gabel lees je hier.
En in januari van dit jaar investeerde ik in een Hongaarse wijngaard, Hegyem, van de Nederlandse Cisca Ansem. Daar heb ik niet echt een stok geleased, maar breng ik alleen geld in, geld dat ik over drie jaar weer terug krijg. Wel krijg ik ook hier drie flessen wijn per jaar én mag ik natuurlijk komen kijken. Cisca schrijft over haar droomplekje op aarde: “Gyümölcsény is een klein dorpje in de heuvels van Zelics in Zuidwest-Hongarije. De wijnberg in het dorp heet Szölöhegy en was vroeger geheel bedekt met wijngaarden. Tegenwoordig zijn veel wijngaarden verdwenen maar de plek is met vooral zuidwest hellingen op 300 tot 400 meter heel geschikt voor wijnbouw. De grond bestaat voor het merendeel uit löss met wat leem en heeft een kalkrijke diepe bodem.”
Een bezoek aan Hongarije staat dan ook hoog op mijn lijstje! Dit jaar kom ik daar waarschijnlijk niet aan toe, maar wie weet wat volgend jaar brengt.
Op deze manier kunnen mensen die wel gek zijn van wijn, maar geen zin of tijd hebben voor eigen wijngaarden of zelfs stokken in de tuin, toch betrokken zijn bij wat er aan de productiekant van de wijn allemaal gebeurt. Terwijl diverse Nederlanders in alle landen van de wereld hun wijndomeindroom vervullen (zie ook het berichtje over Terras Personas van gisteren), kunnen de wat minder avontuurlijken op deze manier toch ook hún wijndomeindroom beleven. Al die leaseplannen vind ik dan ook leuke én nuttige initiatieven, voor beide partijen. Zo blijven we tenminste beseffen waar wijn vandaan komt en hoe hard ervoor moet worden gewerkt!