Beweerde ik zondag nog dat ik maar heel weinig in restaurants eet met een fatsoenlijke wijnkaart, drie maal raden waar ik gisteren dineerde…. Bij een éénsterren-restaurant, Auguste in Maarssen. En zoals dat tegenwoordig gaat als ik met een gezelschap uit eten ga, wie krijgt dan de wijnkaart? Juist ja, ik. ‘Want jij weet toch zo veel van wijn!’ Nou, in zo’n restaurant voel ik precies wat Anda Schippers in haar column in de recente Perswijn beschreef: eigenlijk durf ik mijn mond nauwelijks open te doen tegenover zo’n hele echte sommelier. Ik heb de wijnkaart doorgebladerd, me verlekkerd aan de heerlijke wijnen en de grote namen, en vervolgens toch maar gekozen voor het veilige wijnarrangement. Bovendien wist ik op het moment dat ik de wijnkaart kreeg nog niet wat we geserveerd zouden krijgen.
Toch zag ik één wijn op de kaart die ik graag wilde inpassen: het knipseltje over die wijn ligt al enige weken op mijn bureau. Ik heb de stoute schoenen aangetrokken en vroeg de sommelier of het mogelijk was de Bernardus Monterey County Sauvignon Blanc 2005 te combineren bij één van de gerechten. Deze witte wijn, gemaakt door de wijnmakers van de Nederlander Ben Pon, is onlangs door The Wall Street Journal uitgeroepen tot beste witte wijn van deze zomer. Nu heb ik wat tegen ‘beste’ wijnen, maar als ik zo’n beste wijn dan ook weer tegenkom op de kaart van een gerenommeerd restaurant, ach, dan wil ik dat toch eigenlijk wel uitproberen. En het moet gezegd: ik vond hem uitstekend. The Wall Street Journal heeft smaak! We kregen de Sauvignon Blanc geserveerd bij de eerste gang van garnaaltjes en een zoute dikke visbouillon, waarbij hij uitstekend paste. Het is een knisperend frisse wijn, met klassieke Sauvignon-luchtjes van gras en kruisbessen en een mooie citrus-afdronk. Gelukkig vonden mijn tafelgenoten deze keuze ook heerlijk.
Over de andere wijnen uit het arrangement heb ik wat gemengde gevoelens. Ten eerste was het toch wat veel Nieuwe Wereld: Californië (zelf om gevraagd, toegegeven), Zuid-Afrika en Chili kwamen aan bod, naast een zeer moderne pinot noir uit Pènedes, Spanje. In het kort geef ik wat impressies.
Bij de risotto met versgeschaafde truffel en olijfolie dronken we een assemblage van chenin en sauvignon uit Zuid-Afrika, van de bekende wijnmaker Jean Daneel uit Franschhoek. Eerlijk gezegd heeft deze wijn totaal geen indruk op me gemaakt. Hij was gewoon aardig, maar ik kan er achteraf weinig meer over zeggen. (De truffel met olijfolie was wél verrukkelijk!)
Gelukkig is de pinot noir van Miguel Torres, Mas Borràs 2005, me veel beter bijgebleven. Dit is een stevige, moderne rode wijn uit een wat koeler stukje Spanje. In de geur wat vanille, ontstaan door de rijping op eikenhouten vaten. Daarnaast ontdekte ik aroma’s van rood fruit, viooltjes en een lichte hint van chocolade. Met de op diverse manieren klaargemaakte stukjes lam was het een uitstekende combinatie. Deze wijn wil ik nog wel eens in een vergelijkende pinot noir-proeverij zetten naast Spätburgunders uit de Ahr en wat goede Bourgognes. (En misschien, na onze reis naar Californië, naast wat pinot noirs uit de Russian River). Ik vermoed dat deze Spanjaard nog wel eens op mijn tafel thuis zal verschijnen!
Bij het dessert van kersen met warme witte chocolade werd een Chileense wijn geserveerd: Late Harvest Sauvignon Blanc van Errazuriz. Ik vond deze zoete wijn een ontdekking! Heerlijk fris, fruitig, bestemd om op een terras te nippen terwijl je geniet van een zonsondergang in de bergen. Achteraf had ik ook associaties met sneeuw op een zonovergoten Andestop… 😉
Maar helaas, bij de kersen met warme chocolade was het geen combinatie. Bij dit gerecht had een versterkte zoete rode wijn gepast: Banyuls of Maury misschien, of een port. Het lukte me niet meer de sommelier hierover te vragen, maar ik vond het echt een gemiste kans.
Misschien volgende keer toch maar eens mijn eigen wijnarrangement samenstellen?