De stad Maastricht gaat in oktober groots uitpakken met het evenement Château Maastricht. Het wordt van 26 t/m 29 oktober gehouden op het Vrijthof en is hoogtepunt van het oogstseizoen en de slachtmaand (september, oktober en november), met als ‘bekroning’ de presentatie van de GaultMillau gids en de toekenning van de GaultMillau Awards Nederland 2012.
Tijdens Château Maestricht is het centrum van Maastricht the place to be. Wijnproducenten laten er in het Château Maestricht paviljoen op het Vrijthof hun wijnen proeven, maar ook in het Theater aan het Vrijthof, Museum aan het Vrijthof en de Hoofdwacht. Daarnaast kun je genieten van amuses, streekproducten en Limburgse gerechten als zoervleis en preskop. Tijdens dit evenement is er ook ruim aandacht voor wijn van eigen bodem. Wijnmaker en consultant Stan Beurskens gaf tijdens een perspresentatie over Château Maestricht een inleiding op zijn werk en zijn passie, die hieronder te lezen is. Tijdens Château Maestricht is Beurskens persoonlijk aanwezig en kun je zijn wijn van wijngaard St. Martinus proeven.
Stan Beurskens: ‘Ik heb over de hele wereld gewerkt, maar mijn hart ligt in Zuid-Limburg’
Stan Beurskens (1977) studeerde procestechnologie op de universiteit van Wageningen, waarna hij tijdens zijn specialisatie(master) vinificatie onderzoek heeft gedaan aan dezelfde universiteit, in Stellenbosch (Zuid-Afrika) en Geisenheim (Duitsland). Naast een uitgebreide theoretische achtergrond heeft hij inmiddels de helft van zijn leven praktijkervaring opgedaan op verschillende wijngaarden in zowel de klassieke als de nieuwe wereld.
In 2007 begon hij zijn eigen adviesbureau Wijnadviesbouw Beurskens, waarmee hij tegenwoordig bijna 100 wijngaardeniers begeleidt bij de wijnbouw en vinificatie in binnen- en buitenland. Momenteel is hij bezig met het promoveren op het gebied van kansen en risico’s van noordelijke wijnbouwgebieden, zoals Nederland, Tasmanië en Scandinavië.
Van 70 stokken tot elf hectare
Wijn verbouwen en maken kun je niet alleen uit het boekje leren. Pas in de praktijk leer je de fijne kneepjes van het vak. Stan groeide als het ware tussen de wijnranken op. Zijn vader begon in 1988 een kleine wijngaard Wijndomein St. Martinus in het kerkdorpje Vijlen. Deze groeide al snel uit tot een proeftuin, waardoor de kennis van vinificatie en teelt met de jaren groeide. De overname van het bedrijf door zoon Stan in 1996 luidde een nieuwe fase in, waarbij de weg naar kennisverdieping blijvend werd ingeslagen. Stan heeft nu de leiding over een schitterend wijndomein van elf hectare, dat hij samen met een jong, internationaal en enthousiast team leidt.
Wijn verbouwen in Zuid-Limburg of toch liever in Zuid-Frankrijk?
‘Dat is niet in twee zinnen te vertellen. Ik hoef u niet uit te leggen dat je als Nederlandse wijnbouwer te maken krijgt met grote verschillen in zonne-uren en neerslag, die elk jaar wisselen. Dat vraagt om druivenrassen die daartegen bestand zijn. Dan zijn er twee opties: of je kiest voor klassieke druivenrassen als bijvoorbeeld Pinot Noir, Pinot Gris, Chardonnay, waarbij je klonen gebruikt die bijvoorbeeld minder compacte trossen hebben. Daardoor bestaat er minder kans op schimmels, waardoor deze net iets eerder rijp worden. Een andere optie is het gebruik van nieuwe schimmeltolerante rassen, zoals Johanniter, Cabernet Cortison. Beide opties passen beter in ons onvoorspelbare kikkerland-klimaat. Die keuze moet je van te voren maken. Maar wat je ook kiest, wijn bouwen in Nederland brengt natuurlijk grotere risico’s met zich mee dan in Zuid-Frankrijk, Argentinië of Chili.
Als je dan toch een wijngaard wilt beginnen, dan moet je in principe drie dingen kunnen: je moet je wijn goed weten te verkopen, anders is het snel einde verhaal, je moet groene vingers hebben en tenslotte, als de druiven eenmaal geplukt zijn, dan moet je er wel nog een mooie wijn van zien te maken. De kunst hierbij is dat het karakter van het gekozen ras straks herkenbaar blijft in je glas. Daar mogen kleinere nuances inzitten, wat voller wat ronder, wat fruitiger, maar het typische karakter van bijvoorbeeld een Pinot Noir moet wel als dusdanig te proeven zijn. En in een land waarin klimatologische omstandigheden van jaar tot jaar wisselen, is dit beslist geen sinecure.’
Is wijn maken in Nederland dan nog wel leuk?
‘Het is zelfs véél leuker dan elders in de wereld. En geloof me, ik heb zowat overal wijn gemaakt, van Frankrijk tot Zuid-Afrika en Chili. De uitdaging is, om ondanks die sterk wisselende omstandigheden een wijn te maken, waarvan de kwaliteit dezelfde of nagenoeg dezelfde is als het jaar daarvoor. Dat is vele malen moeilijker dan in het zuiden. Het is voor mij altijd weer de kick als ik zie dat je van de druiven die je maandenlang gekoesterd en verzorgd hebt het uiteindelijk klaar hebt gespeeld een wijn te maken die de moeite waard is om te drinken. En de Limburgse wijnbouwers die dat weten te flikken, krijgen van mij een dikke tien.’
Wijn maken is mensenwerk
‘Tenslotte een aantal dingen voor mensen die toch de ambitie hebben om een wijnveld te beginnen: als je de wil, de drive en de passie hebt om er iets van te maken, en je er echt voor wil gaan, én je kunt financieel tegen een stootje, dan zeg ik doen! Maar zorg dat je weet wat je doet en hoe je het doet, volg workshops en cursussen, zorg dat je expertise en know how op peil blijven. Wijnen zijn nooit hetzelfde, wijn maken is mensenwerk, elk wijnbedrijf, elke wijnsoort heeft een unieke smaakbeleving, dat is het mooie van dit vak. Wijn maken is een wereldberoep. Ik zou zelf niet anders meer willen.’
[ingezonden bericht]